Het voelt soms dubbel. We moeten het samen doen in deze coronacrisis. Tegelijkertijd zit ieder van ons er anders en heel persoonlijk in. Ik heb bijvoorbeeld geen astma, suikerziekte, hartproblemen en zo meer. Als ik voorzichtig ben, ben ik niet al te kwetsbaar. Ik hoef mij geen echte zorgen te maken over mijn inkomen. En als fulltimepensionado ben ik er aan gewend mijn eigen dagelijkse ritme te zoeken en te vinden. Dat is nu wel iets lastiger, maar haalt het niet bij al die mensen die of thuis moeten werken of thuis moeten zitten omdat er niet gewerkt mag worden. Hoewel er ten opzichte van het normale leventje deze en de komende periode veel niet kan en mag, heb ik niet echt een reden om te klagen, zeker niet vergeleken met veel andere mensen.
Wat mij deze intelligente lockdown bezighoudt is ‘de kunst in het omgaan met onszelf in relatie tot de ander’ om het maar even zo te zeggen. In onze welvaartsmaatschappij vluchten we vaak voorwaarts. Als er iets vervelends gebeurt, zoeken we meteen naar naar externe, positieve prikkels en dan maar hopen dat het vervelende voorbijgaat. Nu de coronacrisis er is, werkt dat mechanisme niet meer. Deze bizarre tijd van thuiszitten dwingt ons als het ware onszelf intrinsiek te motiveren. Bij intrinsieke motivatie komt de motivatie vanuit de persoon zelf.

Cultuur filosoof Arnold Cornelis: communicatieve zelfsturing in de 21ste eeuw
De cultuur filosoof Arnold Cornelis heeft de 21 eeuw al jaren geleden geduid als volgt: ‘Na de eeuw van wet- en regelgeving, komen we in de eeuw van communicatie en zelfsturing. Wij worden geacht zoveel mogelijk zelf in communicatie met anderen ons leven zin en richting te geven. Wij zijn de regisseur van ons eigen leven geworden. Wij moeten zelf bepalen wie we zijn en wat we belangrijk vinden. Deze nieuwe samenleving bestaat uit individuen die zichzelf (bij)sturen in contact met anderen. Het versterken van communicatieve zelfsturing leidt tot gezondheid en geluk en geeft een gevoel van erkenning, van zinvol bezig zijn.’
Het zijn de negatieve emoties onzekerheid, angst, verdriet, boosheid waar we deze tijd tegen moeten vechten. Gaat mijn bedrijf failliet? Verlies ik mijn baan? In dat perspectief is het anders boos zijn omdat je niet meer naar de kroeg kunt met je vrienden of omdat je vakantie niet doorgaat. Onzekerheid, angst en boosheid gaan hand in hand: hoe lang gaat dit allemaal nog duren? Dat maakt het extra moeilijk. Wat mijn emotie verdriet betreft, merk ik dat er sneller dan normaal tranen naar boven komen: bij het horen van het volkslied, bij het zien van een filmpje over de onmacht van mensen die hun moeder niet mogen bezoeken in het verpleeghuis, bij het horen van het overlijden van een vriend van je broer. Het zal zeker iets te maken hebben met ‘hoe ouder je wordt hoe gevoeliger je reageert’. Dit coronavirus maakt ons, of we willen of niet, nog bewuster van leven en dood dan tevoren.
Nu we meer dan anders op onszelf en elkaar teruggeworpen zijn, zullen we boosheid, angst en onzekerheid moeten zien om te buigen naar iets positiefs. Boos zijn op Rutte helpt niet. Wel helpt het te accepteren dat de coronaregelgeving van het kabinet noodzaak is en houvast biedt. Dat accepteren is waanzinnig moeilijk als je kapper of horecaondernemer bent en je beroep niet mag uitoefenen. Daarom zullen we onszelf intrinsiek moeten zien te motiveren in directe communicatie met anderen. Zo geef je elkaar als burgers moed.
Ik mijn dagelijkse worsteling probeer ik mijn zegeningen te tellen, daar put ik kracht uit. Ik denk dat bijna iedereen die kracht heeft in meer of mindere mate. Laten we deze dagelijkse worsteling met onszelf delen met anderen. Samen blijft het leven meer dan de moeite waard.