SAMSUNG CAMERA PICTURESVanuit Ulaanbator rijden we met de trein uren lang door de Gobi woestijn. Onderweg zien we zomaar een kudde wilde kamelen. Het uitzicht is zo fantastisch, dat we even de neiging op voelen komen spontaan te gaan dichten: ‘Woestijn, woestenij / Wijds en zijds / Einde-loos / in oneindigheid / Onwerkelijk mooi / ver-einde /.’ … Zoiets ja……

SAMSUNG CAMERA PICTURES

’s Nachts staan we bij de Chinese grens ruim vier uur stil. De treinonderstellen moeten worden gewisseld omdat het spoor in China anders is. De rijtuigbak wordt met mens en al tussen twee hefbokken opgetild en dan wisselen de monteurs de onderstellen. Van slapen komt er weinig. Om de tijd door te komen, halen we wat korte, vaak ook vluchtige gespreksherinneringen op met medereizigers. We denken terug aan het jonge Zweedse stel dat met grote verwachtingen begonnen is aan een wereldreis. Beiden zeer serieus in het leven staand. Zouden ze het een jaar volhouden, vragen we ons af? En dan die drie Italiaanse jongens, die met veel moeite via internet 3e klas treinkaartjes voor de Transmongolië express hadden geregeld. Deze blijken duurder dan onze kaartjes. Of dat Australisch 50-jarige echtpaar, dat (heel dapper) een paardentrip in Kazachstan en Mongolië van 13 dagen gedaan had, met gids, kok en horseman.

SAMSUNG CAMERA PICTURES

Vlak voor het middaguur komen we op het station Beijing aan. De eerste indruk is druk, druk, druk. Wat een mensenmassa, niet alleen in de immense stationshal, maar ook op het plein buiten. Zoals bij iedere aankomst staat er een chauffeur op ons te wachten, die ons vervolgens naar het hotel brengt. Dankzij het feit dat we deze transfers overal onderweg door het reisbureau hebben laten regelen, win je erg veel tijd. Dat is des te prettiger omdat we meestal maar enkele dagen op een bepaalde plek zijn. SAMSUNG CAMERA PICTURESOns hotel is gelegen in de oudste hutong (authentiek wijkje) van Beijing. Het is een wijk met heel veel kleine steegjes. Onze hutong stamt nog uit de tijd van Dhengis Khan. We komen er nauwelijks toeristen tegen. Wel ontmoeten we in ons hotelletje een Nederlandse familie met drie geadopteerde kinderen tussen de 15 en 19 jaar: een jongen uit Eritrea, een uit Pakistan en een meisje uit China. Nu de kinderen groot genoeg zijn willen zij weten wie hun biologische moeder is. De familie van de jongens hebben ze de afgelopen jaren gevonden. Dit jaar zijn ze op zoek naar de Chinese familie van de dochter. Toevallig (of niet ?) ontmoeten we later op de terugvlucht naar Amsterdam een ander gezin dat op zoek is gegaan naar de familie van hun adoptie zoon. Zij zijn er uiteindelijk in geslaagd via DNA familie te vinden. De moeder was helaas overleden.

SAMSUNG CAMERA PICTURESNaast de oude toegangspoort tot de ommuurde hutong, is een gemeenschappelijk badhuis met douches en toiletten. De meeste huisjes hebben geen toilet en douche. Op de straathoek staan twee ijzeren kasten waar allerlei gereedschap in zit. Een mannetje zit daar op een stoel bij (of hij slaapt) en helpt indien nodig wijkbewoners met allerlei klusjes, bijvoorbeeld fiets repareren. Je mag ook zelf gereedschap lenen.

In dit Chinese wijkje voel je naoberschap en daar kunnen we wat van leren, denk ik. In ons geïndividualiseerde Nederland praten we regelmatig over sociale cohesie in wijken en over eenzaamheid onder ouderen. Zaterdag 23 september is in ons land de jaarlijkse Burendag, bedoeld om (sociale) activiteiten in wijken te stimuleren. Vanaf mijn fulltime pensionado-zijn ben ik in mijn wijkje (Struisenburg/Kralingen) actiever geworden. Wij zijn een buurtinitiatief gestart om de luchtkwaliteit langs de drukke Maasboulevard te proberen iets te verbeteren. Wij willen graag dat de gemeente meer ‘slim groen’ langs de weg gaat planten, groen dat vooral fijnstof kan afvangen of afbreken. Wat mij ook zinvol lijkt is een buurthuiskamer, waar je even binnen kan wippen voor een praatje en een bakkie. Daar kunnen we dan een gereedschapskast voor de buurt neerzetten. Dit alles onder het motto ‘Beter een goede buur, dan een verre vriend’.