Op mijn verjaardag in juni krijg ik altijd wel een aantal boeken cadeau. De meeste neem ik dan mee op vakantie. Dit jaar krijg ik van een goede vriend het boek dat gaat over Zuid-Afrika ‘Minderheid in eigen land’ van Martin Bosma, met de opmerking ‘altijd goed voor een discussie!’ Bosma is politicoloog en lid van de PVV fractie en tevens ondervoorzitter van de Tweede Kamer, het hart van onze democratie. Het dikke boek ligt al enkele maanden te wachten om opengeslagen te worden. Twee weken geleden is het dan toch zover, ik begin er in te lezen. Dan, na honderd pagina’s gebeurt er iets vreemds. Ik voel me boos en zelfs verdrietig worden. Het boek werkt zelfs fysiek op mijn gemoed. Elk hoofdstuk is opgebouwd uit een eindeloze opsomming van eenzijdige feiten. Het doel is namelijk het bestrijden van de mythe, dat de westerse cultuur veilig is onder het multiculturalisme. Citaat: ‘Het lot van de Afrikaners (oftewel de Boeren) lijkt de voorloper van onze toekomst: het land opbouwen, massaal nieuwkomers binnenlaten en vervolgens zelf tot een machteloze minderheid gereduceerd worden.’ Toevalligerwijs staat vorige week op de achterzijde van De Verdieping van Trouw in de rubriek ‘naast het nieuws’ bijgaande afbeelding met als onderschrift: ‘De Khoi, de oorspronkelijke bewoners van Zuid-Afrika, tekenden zo’n 300-500 jaar geleden Europese kolonisten in hun ossenwagens op de wanden van zandsteengrotten in de Westkaap.’ Ik moet meteen denken aan dit boek en aan onze wereldwijde Nederlandse koloniale geschiedenis. Ik denk natuurlijk ook aan de al jaren zich herhalende discussies over integratie van Turken, Marokkanen en – meer algemeen – de moslims. En nu is het september 2015. We maken geen grottekeningen meer, maar foto’s: kleurrijke fotocollages van op drift geraakte mensen, die per bootje, te voet of per trein vluchten voor oorlogsgeweld. Het zijn nu geen kolonisten, die op vrijwillige basis handel zoeken elders op de wereld, zoals wij als Nederlanders deden tijdens de VOC periode. Het zijn mannen, vrouwen en kinderen die wanhopig zoeken naar een veilige leefplek in Europa, en dus ook in ons mooie, welvarende en veilige Nederland. Vanwege deze enorme toestroom van vluchtelingen vinden in de kabinetten en parlementen van de 28 Europese lidstaten natuurlijk uitgebreide discussies plaats. Het is een gigantisch groot en moeilijk probleem dat vraagt om humanitaire én politieke oplossingen op zowel korte als lange termijn. Daarbij komt dat Europa en ook ons land net omhoog aan het krabbelen zijn uit een economische recessie van vele jaren. Of zoals Diederik Samson tijdens de algemene beschouwingen zegt: ‘We moesten Nederland uit de recessie laten klimmen en daarvoor was het nodig dat wij elkaar zouden helpen. Een beetje zoals je elkaar vroeger als kind omhoog hielp uit een te diepe greppel.’ En dan nu, voordat we goed en wel uit de recessie zijn, staan we alweer voor een volgende vraag, namelijk óf en hóe we deze grote groepen vluchtelingen kunnen opvangen. Hoe praat je hier met elkaar constructief, oplossingsgericht en partijoverstijgend over in het Nederlandse parlement en daarbuiten? Hoe betrek je als politici op een serieuze en verantwoorde manier de burgers erbij, ook die van de PVV, waarvan de schrijver van het boek ‘Minderheden in eigen land’ een belangrijke voorman is? Gelukkig vinden het kabinet en bijna alle politieke partijen, dat er acuut humanitaire opvang geregeld moet worden en ook dat er op langere termijn iets gedaan moet gaan worden. Gelukkig weten heel veel Nederlanders ook wat medemenselijkheid inhoudt, zonder dat er meteen op wereldschaal problemen opgelost zijn. Velen beseffen dat we voor een menswaardig bestaan elkaar hard nodig hebben. En om dat te bereiken en te behouden zullen we onze stinkende best moeten blijven doen.
Ik zou zeggen: ‘De opvang van deze vluchtelingen is anno 2015 in ieder geval een mooie, nationale oefening in medemenselijkheid. Of, voor mijn part: ‘Kunnen we iets terugdoen voor de wereld, die ons 70 jaar geleden na vele jaren oorlogsgeweld ook zo goed geholpen heeft? September 2015 is de maand waarin voor de 71ste keer de Airborne herdenking vanwege de Slag om Arnhem 1944 wordt herdacht. Mijn vader, moeder en oudste broer moeten het oorlogsgeweld ontvluchten, te voet met wat schamele bezittingen inclusief een kinderwagen. Een jaar later is Nederland bevrijd door de geallieerden en kunnen zij terugkeren naar Arnhem en een nieuw leven starten. Ik ben geboren in 1946 en
leef nu al bijna zeventig jaar samen met 16 miljoen Medelanders in een mooi en vreedzaam land…..opdat we niet vergeten!