Ik vergelijk mijn leven wel eens met een avontuurlijke trektocht met vaste en wisselende routes, omgevingen en medereizigers. Een levensloop trektocht als baby, peuter, kleuter, kind, jongen/meisje, jong volwassene, volwassene, oudere volwassene en straks hoogbejaarde. Ik heb met vallen en opstaan geleerd waar ik op moet letten om het naar mijn zin te hebben. Zo weet ik dat ik andere mensen absoluut nodig heb en dat gevoel wordt alleen maar sterker nu bij het ouder worden. De filosoof Levinas zegt: het individu kan alleen bestaan bij de gratie van de medemens, met wie hij een betekenisvolle relatie kan aangaan.
Ik ben opgegroeid in de na-oorlogse periode van individualisering. Ik zie mensen net als ik, hun eigen levensreis bepalen. Dit vraagt van mij, als een goed toegeruste reiziger, dat ik mij bewust probeer te zijn van mijn specifieke drijfveren. En tegelijkertijd hoe ik deze vanuit mijn eigen verantwoordelijkheid en talenten ten opzichte van de medereizigers kan inzetten.
Ik ben daarom voortdurend op zoek naar die mensen, die met mij betekenisvolle contacten willen aangaan. Het is niet erg als je wel eens teleurgesteld raakt in een ander, of vice versa. Dat is mij vele malen gebeurd. Maar het maakt me sterker, als ik er van kan leren, bijvoorbeeld door zelfreflectie: Wat gebeurt er? Waarom? Of het uit te praten met de ander. Mede daardoor ben ik in staat mijn reiskoffer telkens weer ‘te verversen’ met nieuwe reisbenodigdheden die voor mijn persoonlijke trektocht nodig zijn. Deze koffer voelt nu in deze fase van mijn fulltime oudere zijn een beetje zwaar. Dat ligt niet aan de inhoud, want mijn ervaringen die er in zitten zijn een rijk bezit.
Ik weet dat het voor mij de kunst is om er op de juiste wijze gebruik van te maken.