Hoe bijzonder is het? Vorig jaar is mijn oudste broer tachtig geworden, dit jaar mijn tweede broer en hopelijk ben ik volgend jaar ‘bij leven en welzijn’ aan de beurt. Wie van ons had dat ooit gedacht? En dan te bedenken dat mijn jongere broer en twee zussen al aardig op weg zijn: zes krasse knarren, ooit opgegroeid in Arnhem, Cattepoelseweg twee-drie-twee!
Het is 1946, mijn geboortejaar, als onze ouders na de heftige oorlogsperiode eindelijk het gewone leventje ‘huisje, boompje, beestje’ kunnen gaan oppakken. Hoewel gewoon….?
In ons Rooms Katholieke gezin wordt er niet aan geboortebeperking gedaan. Na drie jongens, komen er nog twee zusjes en twee broertjes bij. Ons laatste broertje overlijdt helaas vlak na zijn geboorte. Er valt heel veel te verwerken door onze ouders, die zware oorlogsjaren hebben meegemaakt. Dankzij de Stichting 1940-1945 heeft ons gezin een klein, vast inkomen. Door de ziekte tuberculose, opgelopen tijdens verzetsactiviteiten in de oorlog, kan onze vader niet echt een vaste baan hebben. Hoewel hij niet de besmettelijke variant van tuberculose heeft, is hij heel voorzichtig in het fysieke contact met zijn jonge kinderen. Veel knuffelen, zeker met de jongens, is er niet bij. Hij overlijdt in 1961. Moeder, sterk en optimistisch als altijd, gaat alleen verder met zes kinderen tussen de 10 en 17 jaar.
Later als we volwassen zijn, komen we in de gesprekken met elkaar vaak te praten over onze jeugd. Al gauw is duidelijk dat ieder van ons over onze vader een geheel eigen beleving heeft. Soms worden dat behoorlijk emotionele gesprekken en is het erg lastig elkaar te begrijpen. Wat bij mij blijft hangen van die gesprekken is het gevoel dat wij allemaal op de een of andere manier onze vader hebben gemist in die oh zo belangrijke fase van ons leven. Andersom weet niemand van ons hoe vader zich gevoeld heeft.
Zelf vader én opa, besef ik dat het voor vader ontzettend moeilijk moet zijn geweest. Hoe kun je een goede vader zijn als je tuberculose hebt, vele malen opgenomen wordt in het ziekenhuis en telkens voor maanden moet kuren in Zwitserland? Het gevoel van gemis heb ik gedurende mijn leven een plek gegeven. Wat nu overheerst, is het gevoel dat hij zijn stinkende best heeft gedaan zijn vaderrol met de steun en de onvoorwaardelijke liefde van onze moeder zo goed mogelijk ingevuld te krijgen.
In de jaren zeventig van de vorige eeuw zijn wij één voor één ons ouderlijke huis Cattepoelseweg twee-drie-twee uitgevlogen. Anno 2025 zijn wij zes krasse knarren, die trots zijn op onze ouders en trots op elkaar. We hebben van onze vader en moeder meegekregen hoe om te gaan met verlies en verdriet. Mede daarom weten we nog elke dag onze zegeningen te tellen….we voelen ons stikgelukkig!




